Je bent 12. Een gewoon leven in Kabul, Afghanistan. Vader, moeder, 2 broers, 3 zussen, school, vriendjes. Jahesh Rahimi wil piloot worden. Logisch, pa is admiraal bij de luchtmacht. Maar in 1994 is de onbevangenheid voorbij. Moslimextremisten, oorlog, geweld, zijn vader loopt gevaar. Het gezin vlucht naar Rusland. “Van de ene op de andere dag was ik mijn vriendjes kwijt. ‘Straks’ weer terug, dachten we. Hoopten we. Niet dus. De situatie werd enkel slechter. En in Rusland zochten ze mijn vader ook. Na 8 maanden vluchtten we verder, naar Nederland. Weer alles achterlaten.
Angst? Die was er vooral bij mijn ouders. Als kind zie je het meer als uitdaging. Ik dacht: oh, dit bestaat dus ook. Je leert van het leven, wordt sneller volwassen. Belangrijk was dat we bij elkaar waren, het hele gezin.”
Nederland dus. Anderhalf jaar lang van het ene naar het andere asielzoekerscentrum. Dan eindelijk een woning. De taal pikt Jahesh snel op; heeft hij aanleg voor. Toch is de taal sta-in-de-weg in zijn pilotenopleiding. Hij moet daardoor afhaken. Grote teleurstelling. “Maar je moet verder. Commerciële marketing en communicatie is het geworden. Ik wil veel in contact zijn met mensen. Dat sociale zit in mij. En ook in de Afghaanse cultuur. Je doet dingen samen, met gezin, familie. Heel anders dan hier. Mensen zijn hier meer op zichzelf.”
Jahesh wordt inkoper bij een Limburgs metaalbedrijf. Almere volgt, 7 jaar in de textielverkoop. Sinds maart is MCB Specials de nieuwe uitdaging. “Interessante branche. Het gaat over zó veel artikelen. Ik wil multi metal verkoper worden, alles onder de knie krijgen. Nu eerst RVS, aluminium.
Later meer de specials. Ik wil het hoogst haalbare. Dat is mijn karakter.”
Oorlog en geweld. Geen piloot geworden, maar vluchteling. Zit er nog iets positiefs aan zijn onverhoedse levensloop? “Ik heb geleerd te genieten van het leven, tevreden te zijn met kleine dingen. En elke nieuwe cultuur verrijkt je. Rusland, Nederland. Ik voel me nu Nederlander, ben hier opgegroeid, getrouwd, heb twee kleine kinderen en werk waarin een hoop te leren valt.
Ik ben tevreden, het had ook zo veel erger kunnen zijn.”